Nieuws

Herziening EPBD

datum: 22-12-2011
bron: Agentschap NL

Op 18 juni 2010 is de herziening van de Europese richtlijn energieprestatie van gebouwen (EPBD) gepubliceerd (2010/31/EU). Het doel is de energieprestatie-eisen te versterken en te stroomlijnen en een aantal bepalingen te verduidelijken.

De belangrijkste punten uit de herziene EPBD-richtlijn:

  • Per 31 december 2020 moeten nieuwe gebouwen in de EU 'bijna nul' energie consumeren en moet de energie voor 'een zeer grote mate' uit hernieuwbare bronnen komen.
  • Voor nieuwe gebouwen geldt een bindende doelstelling: die moeten vanaf 2021 energieneutraal zijn.
  • Overheden die een nieuw gebouw bezitten of 'bewonen' moeten vanaf 31 december 2018 een voorbeeld stellen door het bouwen, kopen of huren van 'bijna nul-energie-gebouwen'.
  • Als definitie van een 'bijna nul-energie-gebouw' is afgesproken: 'een gebouw dat een zeer hoge energieprestatie heeft, bepaald overeenkomstig bijlage I. De bijna nul of zeer lage hoeveelheid energie die nodig is, moet voor een zeer belangrijk niveau worden gedekt door energie uit hernieuwbare bronnen, met inbegrip van hernieuwbare energie geproduceerd on-site of in de omgeving.'
  • Er is geen specifieke doelstelling vastgesteld voor de renovatie van bestaande gebouwen, maar de EU-lidstaten dienen naar aanleiding van het voorbeeld van de publieke sector beleid te ontwikkelen en maatregelen te nemen om de transformatie van gebouwen tot een zeer laag energie gebouw te stimuleren. Lidstaten stellen de Commissie daarvan in kennis in hun nationale plannen.
  • Er wordt een kostenoptimale eis (Rc-waarde) gesteld aan de isolatie van de bouwschil bij ingrijpende renovatie. Dit gebeurt door aanscherping van de isolatiewaarde in het Bouwbesluit, waardoor de waarde op iets hoger niveau wordt getild dan nu gangbaar is in de markt.
  • Een geharmoniseerde berekeningsmethode wordt vastgesteld om de minimale energieprestatie-eisen in lidstaten naar een kostenoptimaal niveau te brengen. Dit zal worden verfijnd in een comitologieprocedure.
  • Lidstaten zullen sancties moeten invoeren voor niet-naleving. De lidstaten stellen de regels vast inzake de sancties die van toepassing zijn op overtredingen van de nationale bepalingen die krachtens deze richtlijn zijn ingevoerd.
  • Een meer gedetailleerde en strengere procedure voor de afgifte van energieprestatiecertificaten (energielabels) zal gelden in de lidstaten.
  • Controlesystemen zullen nodig zijn in de lidstaten om de juistheid van de energieprestatiecertificering te controleren.
  • Lidstaten moeten sancties invoeren voor niet-naleving van de nationale bepalingen die krachtens de richtlijn zijn ingevoerd. Ook moeten zij alle nodige maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat zij worden toegepast. De sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten rapporteren deze bepalingen aan de Commissie.